Ga naar de inhoud

Geschreven door Harrie Scholtmeijer

 

Veertig jaar geleden studeerde ik af in de neerlandistiek, met de specialisatie dialectologie. Sindsdien ben ik op verschillende plaatsen werkzaam geweest als dialectoloog, met werkzaamheden die daar traditioneel bij horen: veldwerk, vragenlijsten etc. Maar ik had destijds nooit kunnen vermoeden dat het dialectwerk mij zou brengen naar een functie en een bedrijf die in de jaren tachtig nog niet eens bestonden: dialectcoach bij Netflix.

 

Twee jaar geleden werd ik gebeld door een productiebedrijf uit Amsterdam. Voor Netflix gingen ze een serie maken, Amsterdam Empire, waarin personages voor zouden komen die zich in het Nedersaksisch uitdrukken. Meer kan ik er niet over zeggen, want voor ik nog maar iets verder zou doen, moest ik een geheimhoudingsverklaring tekenen. De man van het productiebedrijf was iemand gaan zoeken die de dialectsprekers kon scouten, en was daarbij terechtgekomen bij een programma op TV Oost, waarin ik verschillende dialectopnames in films en televisieprogramma’s beoordeelde op hun authenticiteit. Zo kwam hij bij mij uit.

 

Aan de slag als dialectcoach

Voor de Netflix-serie was het de bedoeling dat ik de door de oosterlingen uit te spreken teksten in het dialect zou vertalen, de uitspraak ervan met de acteur zou oefenen en zelfs op locatie aanwezig zou zijn om nog aanwijzingen te geven. Ik schrijf hier met opzet acteur in het enkelvoud. Er waren wel meer acteurs die dialect spraken, maar die kwamen uit Oost-Nederland en hadden relatief bescheiden rollen. Dat gold niet voor de acteur die ik coachte: Bart Slegers.

 

De zoektocht naar het juiste dialect

Allereerst dat vertalen. Dat is moeilijker dan je denkt. Niet omdat het dialect nou zo moeilijk is, maar door de beslissingen moet nemen die je als vertaler moet nemen: welk dialect neem ik? Is dat mijn eigen dialect, uit het westen van Overijssel? Of liever iets meer oostelijk, en van het Nederlands afwijkend? Ouderwets dialect (de acteur speelt een man van een jaar of zestig) of actueel dialect? Bij elke zin dacht ik: hoe zou iemand uit die leeftijdscategorie en van die sociale klasse, van wie ik er velen ken en gekend heb, het zeggen? Dat leidt tot dialect dat je om je heen kunt horen: niet vast te pinnen aan een bepaalde plaats – plaatselijke kenmerken zijn heel snel uit onze dialecten aan het verdwijnen – en niet per se ouderwets, sterk van het Nederlands afwijkend. Maar een enkele keer kon ik het niet laten. Als Tichelaar (zo heet mijn persoon) zegt ‘ga zitten’, vertaalde ik dat met het wat clichématige ‘smiet oe dale’ (smijt je neer).

 

De vertalingen sprak ik op mijn telefoon in, en de opnamen werden door Slegers in Amsterdam ijverig bestudeerd. Als hij zich de taal eigen had gemaakt, gingen we skypen: hij sprak de tekst, en ik gaf aan of en waar nog verbeteringen mogelijk waren. Daar zijn we middagen mee bezig geweest.

 

De filmwereld van dichtbij

En dan de opnamen. Voor mij, onbekend met de filmindustrie, ging een wereld open. De opnames vonden plaats op verschillende locaties in Bunnik, Amsterdam, Amstelveen, Santpoort-Noord (en nog wel meer locaties, maar ik hoefde alleen op de plekken te zijn waar in de scene dialect gesproken werd). Overal was catering. In Bunnik begonnen de opnames in de middag met een warme lunch. In Santpoort begonnen we om half acht ’s ochtends, en een foodtruck serveerde het ontbijt. Had je net een gebakken ei op, kwamen er alweer pannenkoekjes aan.

 

Ik kreeg een stoel naast de regisseur, en een koptelefoon waarmee ik het geluid hoorde dat de geluidsman opnam. Elke scene werd meerdere malen opgenomen, soms wel tien keer, en tussen twee opnames was er gelegenheid om de set op te gaan teneinde de acteur nog wat aanwijzingen te geven. In het begin voelt dat vreemd, de set is heilige grond waar je niet komt als je er niets te zoeken hebt. Maar ik had er wel wat te doen, sterker nog: daarvoor werd ik betaald. Dus toen de crew zich ervan vergewist had dat die onwennige figuur de dialectcoach was, kon ik me vrijelijk tussen de acteurs begeven. En over de acteurs gesproken, het was toch wel een indrukwekkende ervaring om hun fenomenale acteerprestaties van zo dichtbij waar te nemen.

 

Eindresultaat

Het resultaat is nu te zien en te horen voor iedereen die een abonnement op Netflix heeft. Voor mij was het een bijzondere ervaring om de tekst te horen die ik zelf had vertaald, en de acteur te horen spreken die ik had gecoacht. Ben ik tevreden met het resultaat? De tegenspeler van Bart Slegers, Jacob Derwig, zei op een zeker moment tegen Bart: ‘het is maar goed dat ik het script ken, want als je dialect spreekt begrijp ik niets van wat je zegt’. Toen dacht ik: dan heb ik het goed gedaan.